René De Ryck: Droommachines en Denkbeesten

Het zou mooi zijn boeken te kopen als we de tijd om ze te lezen erbij konden kopen.

— Arthur Schopenhauer

René De Ryck: Droommachines en Denkbeesten

Een Sterk Merk (34)

René De Ryck: Droommachines en DenkbeestenAls marketeer laat je niets aan het toeval over. Die recente stap verder in marketingmiddens krijg je met het gebruik van fMRI-scanners. Alsmaar beter meet men het effect van reclame-inspanningen op het brein. Neuromarketing dus als meest recente aanvulling bij bestaande marktonderzoeksmethoden. Reclame voor Puma, Red Bull, Apple, Pizza Hut, Coca-Cola, … stimuleert de nucleus accumbens – het genotscentrum in het brein – dat oplicht en ons een goed gevoel geeft. En wat zie je? Bij sterke merken als Harley Davidson, Guinness, Disney en Apple vertonen onze hersenen dezelfde activiteit als bij diepgelovige mensen. Bij het tonen van een kruis, de bijbel of een rozenkrans constateert men exact dezelfde emoties. “Lovemarks” behandel je met liefde en respect, A-merken staan voor waarden, een visie, en ze gebruiken verhalen, net als religies. Topmerken en religie op hetzelfde gevoelsmatige niveau, wie had dat ooit gedacht? Reclamemakers noemen Apple, Nike, BMW, Louis Vuitton of Microsoft niet toevallig “tribale” merken. Het primitieve stamgevoel van Apple-believers versus de Android-school alsof het hier over rivaliserende voetbalclubs gaat. BMW-adepten, Nike-acolieten, Harley Davidson-ingewijden, Moët et Chandon-aanhangers.
Een wereld zonder (top)merken bestaat gewoonweg niet meer, een recent fenomeen in onze menselijke geschiedenis, nu voor ons doodnormaal. Af en toe probeert een of andere zonderling als protest e’s één maand te merk-detoxen, gewoon onmogelijk. Sterker nog, wij willen nu blijkbaar allemaal overal ter wereld gelijken op mensen uit reclameboodschappen. “De wereldtaal is niet het Esperanto. De wereldtaal bestaat uit de logo’s van grote merken. Via ‘branding’ hebben merken een plek in ons collectieve onderbewustzijn veroverd”, stelt Naomi Klein in “No logo”.

Een goeie vriend van mij heeft van reclame zijn beroep gemaakt, en voegt hij er lachend aan toe: “Ik was nochtans een prima student”. Hij doorziet het spelletje en noemt reclame “georganiseerde schepping van ontevredenheid”. Die coole reclamejongens en -meisjes, ze zouden zelfs reclame projecteren op de wolken. In Las Vegas deze zomer zag ik een T-shirt met deze slogan: “Shop now, study later”. T-shirts zijn wel e’s meer dragers van gevatte en gewiekste quotes.

“Reclame heeft iets van een arrogant soort bedelaar.” (Toon Hermans)